TeleScreen Persoonlijkheidsstoornissen (TS P)
Zelfrapportage vragenlijst met 125 items
Geschikt voor jongeren (> 16 jaar) en volwassenen
Nederlandstalige vragenlijst
Licentiekosten: € 2,50 per afname
Zelfrapportage vragenlijst met 125 items
Geschikt voor jongeren (> 16 jaar) en volwassenen
Nederlandstalige vragenlijst
Licentiekosten: € 2,50 per afname
De vragenlijst is geschikt voor jongeren vanaf 16 jaar en volwassenen.
Het doel van de TeleScreen P is het screenen van patiënten op de aanwezigheid van een mogelijke persoonlijkheidsstoornis. Hierbij worden de 10 persoonlijkheidsstoornissen van de DSM-5 aangehouden, alsmede de andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis (depressieve en passief-agressieve persoonlijkheidsstoornis).
De TeleScreen P bestaat uit 125 beweringen (Juist/Onjuist). Elk criterium wordt waar mogelijk uitgevraagd door middel van één bewering en is gebaseerd op de DSM-5. Indien het niet mogelijk is om het criterium uit te vragen aan de hand van één bewering, worden er meerdere beweringen gebruikt. Hierbij kan het, afhankelijk van het criterium, nodig zijn dat op een deel of alle beweringen bevestigend wordt geantwoord voordat er wordt voldaan aan het criterium.
Scoring is volledig geautomatiseerd en gebaseerd op de DSM-5 criteria van alle stoornissen. De antwoorden van de patiënt worden weergegeven in een tabel, die voor elke persoonlijkheidsstoornis aangeeft hoeveel criteria de patiënt herkende. Hierbij wordt getoond of dit aantal volgens de DSM-5 binnen de klinische range valt of niet. Het gaat hierbij niet om een definitieve DSM-5 diagnose, maar om een indicatie voor een mogelijke diagnose. De indicaties uit de TeleScreen P dienen te worden getoetst aan andere bronnen van klinische informatie.
Cluster A: (vreemd, raar, in zichzelf gekeerd)
Cluster B: (extravert, agressief)
Cluster C: (introvert, angstig)
Ongespecificeerde persoonlijkheidsstoornis:
Validatieonderzoek onder 480 patiënten van Limburgse huisartsenpraktijken toont aan dat de TeleScreen P correct kan inschatten of er mogelijk sprake is van een persoonlijkheidsstoornis, zonder tussenkomst van de psycholoog (sensitiviteit 0.88, specificiteit 0.75). Het klinische oordeel van de hulpverlener blijft noodzakelijk om de gegevens op een adequate manier te interpreteren en te komen tot de juiste DSM-5 classificatie. Een volledig overzicht van de onderzoeksresultaten is verwerkt in de nieuwe handleiding.
© Embloom 2017, Maastricht
Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming van de uitgever is dan ook niet toegestaan.